Social design was ruimschoots vertegenwoordigd op de Dutch Design Week (DDW) 2017, waarop ruim 2500 ontwerpers hun werk presenteerden.
Social design en zorgethiek bewegen zich op hetzelfde werkterrein: het verstevigen van sociale verbinding, het bevorderen van welzijn en het vormgeven aan goede zorg.
Waar zorgethici sociale problematiek benaderen vanuit hun normen en waarden ten aanzien van zorgen, doen social designers dat vanuit creativiteit, vanuit het potentiële aanbod aan oplossingen. Deze verschillende ‘aanvliegroutes’ kunnen haaks op elkaar staan, maar elkaar ook overlappen en aanvullen.
Omdat social design een toepassing is die (met name door de overheid)((Een voorbeeld hiervan is Initiate, een initiatief van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten)) steeds vaker wordt ingeschakeld om maatschappelijke problemen aan te pakken en vorm te geven aan beleid, is het niet ondenkbaar dat zorgethici hiermee in de praktijk te maken krijgen. In dit artikel wordt social design daarom onder de loep genomen. Wat is social design en hoe verhoudt het zich tot zorgethiek?
‘Design’ lijkt een term te zijn die voor van alles en nog wat gebruikt wordt; een wit leren bankstel, een strak ingericht kantoor, een aerodynamisch vormgegeven auto: het wordt al snel aangeduid als design.
Tot het laatste kwart van de vorige eeuw heette het nog gewoon ‘vormgeving’. Afhankelijk van het instituut waar de ontwerpers hun opleiding genoten, lag het accent daarbij op productontwerp voor serie- en massaproductie (industriële vormgeving), op visuele communicatie (grafische vormgeving) of op toegepaste kunst (kunstzinnige vormgeving).
Design vindt plaats binnen vele disciplines: mode, interieur, voeding, persoonlijke verzorging, vervoer, zorg, et cetera. Nieuwe producten worden ontworpen en oude verbeterd. Een ontwerper dient daarbij niet alleen rekening te houden met de technische en economische mogelijkheden, maar ook met de wensen en behoeften van de gebruiker en de opdrachtgever en met maatschappelijke ontwikkelingen zoals groei van het milieubewustzijn.
Het ethische aspect wordt daarbij steeds belangrijker: goed ontwerp staat garant voor duurzaamheid, recycling, diervriendelijkheid en sociaal-verantwoorde productie.
Een van de meest vooraanstaande opleidingsinstituten op het gebied van design, de Eindhovense Design Academy (DAE), zegt op haar website:
There is no such thing as social design! As a designer you are obliged working with the social aspect. You ask yourself continuously: why do I design, what impact will my design have, whom will it affect and what do I achieve with my body of work?
In deze uitspraak wordt het predicaat ‘social’ vooral gebruikt als ‘context-bewust’. Het ontwerpbureau Afdeling Buitengewone Zaken (A/BZ), gespecialiseerd in social design, omschrijft het meer normatief:
Social design is een type ontwerp dat de rol en verantwoordelijkheid van de ontwerper in het hart van de maatschappij plaatst. Het ontwerpproces is bij social design zo ingericht dat sociale verandering plaatsvindt. Binnen de ontwerpwereld wordt social design gezien als een ontwerpproces dat iets kan toevoegen aan het menselijk welzijn en levensonderhoud. Vaak wordt de doelgroep zelf ook actief betrokken in het proces, maar dit is geen must. Ontwerpers en creatieve professionals hebben een verantwoordelijkheid en zijn in staat om middels hun acties specifieke veranderingen in de wereld teweeg te brengen.
Social design houdt zich niet alleen bezig met het ontwerpen van producten, maar ook van processen, diensten en beleid om sociale problematiek op te lossen. Het wekt dan ook geen verbazing dat de overheid en het sociaal middenkader social design inzet voor het verstevigen van participatie en sociale cohesie in de samenleving. A/BZ zegt hierover:
Vaak worden we door gemeenten of instellingen ingehuurd om moeilijke, vastgelopen of complexe problemen op te lossen op sociaal vlak. Wijkproblemen, zoals schulden of sociale achterstand, gebrek aan identiteit, mantelzorg, de instortende huizenmarkt, of juist nieuwe mogelijkheden; de opkomende deeleconomie, duurzaam ondernemen, versoepeling van regelgeving.
Zowel zorgethiek als social design nemen de mens die betrokken is in de probleemsituatie als uitgangspunt. Ervaringen en belevingen (in geval van een zorgethische benadering) en wensen en behoeften (in social design) worden verzameld door dicht op de probleemsituatie te gaan zitten: participatieve observatie, responsieve evaluatie, interviews, enquetes, focusgroepen zijn onderzoeksmethodieken die door beide benaderingen worden gebruikt.
Bij social design wordt de methode ontwerp-denken (design thinking)((Ontwikkeld door de Amerikaanse wetenschapper Herbert A. Simon)) toegepast om problemen op te lossen. Deze methode plaatst de focus op het resultaat, terwijl zorgethiek zich richt op het vaststellen van wat goede zorg ís in de particuliere situatie, wat niet per definitie hetzelfde is als het oplossen van het probleem. Anders gezegd: zorgethiek kijkt meer naar het ‘hoe’, design thinking meer naar het ‘wat’.
Zorgethici bekijken de situatie door een ‘zorgethische lens’, die geslepen is door de critical insights enerzijds en door empirische onderzoeksmethoden anderzijds. Hierdoor ontstaat een totaalbeeld van het probleem, waarbinnen de wensen en behoeften van de betrokkenen onderling en aan de context zijn gerelateerd.
Ontwerp-denkers nemen de wensen en behoeften van de betrokkenen zo concreet en objectief mogelijk over; zij plaatsen vooronderstellingen, eigen mening en oordeel daarbij “tussen haakjes”. Binnen zorgethiek is deze bracketing geen automatisme, maar wordt wel toegepast in fenomenologisch onderzoek.((Lees hier meer over zorgethisch fenomenologisch onderzoek))
Zorgethiek hanteert als vertrekpunt voor verbetering van een probleem normen voor goede zorg, zoals bijvoorbeeld verwoord in Tronto’s fasenmodel((Tronto, J.C. (2013). Caring Democracy – Markets, Equality and Justice. Washington: New York University Press. pp.34-35)). Deze normativiteit impliceert dat toetsing en beoordeling deel uitmaken van een zorgethische benadering.
In design thinking staan creativiteit en innovatie centraal. Normen worden waar mogelijk juist losgelaten, om te voorkomen dat het creatieve proces erdoor belemmerd wordt.
Een zorgethische benadering werkt vanuit een smalle basis (het ervaren probleem) naar een brede positionering in theorie en context; design thinking reduceert, op basis van de wensen en behoeften van klant en opdrachtgever, een grote hoeveelheid invalshoeken en mogelijkheden tot één oplossing.
Deze bestaat uit vijf stappen:
Tijdens de Dutch Design Week werd onder meer social design gepresenteerd voor het verbinden van senioren met de wijk((Zilver G’Oud)), bevorderen van intimiteit ((Embassy of Intimacy)), aanpakken van obesitas ((Go!)), afbouwen van schulden((Stack your Money)), bevorderen van arbeidsparticipatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt((Werkwarenhuis Social Label)) en integratie van vluchtelingen((Makers Unite)).
Een opvallende expositie die zorgethici stof tot nadenken kan geven, was Manifestations – Internet of Women Things en daarin specifiek de bijdrage Transfigurations van Agi Haines. Aan de hand hiervan geef ik een indruk van zowel een zorgethische benadering als design thinking.
Het uitgangspunt van dit voorbeeld is de feitelijke situatie waarin opwarming van de aarde plaats vindt. De probleemstelling zou dan kunnen luiden: ‘De opwarming van de aarde bedreigt de kwaliteit van leven’.
Een zorgethische benadering zal zich richten op het herstellen, in stand houden en voortzetten van onze wereld((Conform de definitie van care van Tronto en Fisher: “On the most general level, we suggest that caring be viewed as a species activity that includes everything that we do to maintain, continue and repair our ‘world’ so that we can live in it as well as possible. That world includes our bodies, our selves, and our environment, all of which we seek to interweave in a complex, life-sustaining web.” Tronto, J.C. (2013) Caring Democracy – Markets, Equality and Justice. New York: New York University Press. p.19)). Goede zorg richt zich dan in eerste instantie op het afremmen van de opwarming. Op basis van de ervaringen en belevingen kan worden vastgesteld wat de behoeften van de betrokkenen zijn om dit mogelijk te maken en wat in dat kader goede zorg voor hen is.
Als bijvoorbeeld uit de ervaringen en belevingen naar voren komt dat de onderzoekspopulatie zich machteloos voelt ten opzichte van de politiek en grote economische machten, kan het proces van invloed uitoefenen verder uitgediept worden. De probleemstelling is dan zorgethisch herleid naar een ervaren machtsongelijkheid en vervolgens naar de behoefte aan meer politieke invloed op besluitvorming met betrekking tot klimaatbeheersing. Deze conclusie wordt dan het uitgangspunt voor aanbevelingen voor goede zorg.
Een voorbeeld van social design voor deze probleemstelling wordt gegeven door Agi Haines: door direct na de geboorte protheses in te planten, wordt de mens geschikt gemaakt om hogere temperaturen te verdragen. Een soort radiatorlamellen-van-vlees aan het hoofd zorgen voor een verbeterde afvoer van warmte.
De ontwerpster lijkt de probleemstelling te hebben vertaald naar de behoefte om hogere temperaturen te kunnen verdragen. Het probleem komt daarmee te vervallen, omdat de opwarming niet langer de kwaliteit van leven bedreigt. Deze resultaatgerichte manier van denken is kenmerkend voor social design.
Social design kan creativiteit bijdragen aan het zoekproces naar goede zorg. Door óók mogelijkheden te onderzoeken die niet voor de hand liggen, kan de zorgethische benadering worden verrijkt. Dat kan al worden toegepast in het verzamelen van de ervaringen en belevingen van de onderzoekspopulatie, door geen vragen te stellen die leiden naar specifieke onderzoeksrichtingen, maar de participant zich zo onbegrensd mogelijk te laten uitdrukken.
Social design kan zorgethiek bovendien aanvullen door aanbevelingen uit zorgethisch onderzoek concreet uit te werken in oplossingen.
Zorgethiek kan voor social design de menselijkheid bewaken: niet de snel veranderende technologische mogelijkheden maar de constante behoefte aan goede zorg, aan veiligheid, gehoord en gezien worden, gelijke behandeling en zingeving zijn doorslaggevend voor de kwaliteit van leven.
En ‘last but not least’: zorgethiek kan bij social design ethische aspecten inbrengen. Alle baby’s opereren omdat de politiek gefaald heeft in klimaatbeheersing? Voor zorgethici is dit géén uiting van goede zorg en daarmee een onacceptabele oplossing.
Het is zinvol voor zorgethici om zich te verdiepen in social design, om te weten te komen hoe een aanzienlijk deel van het sociaal beleid vandaag de dag tot stand komt. Social design opent nieuwe perspectieven, óók voor zorgethisch onderzoek, en onderstreept de noodzaak om zorgethiek ook bij de overheid ferm neer te zetten.
Tekst, afbeeldingen en foto’s: Sanne Rodenburg.
[widget id=”footnotes_widget-2″]
0 reacties