6 – 8 minuten

0 reacties

Op 12 november verdedigt Vicky Hölsgens haar proefschrift Gebroken verhalen aan de keukentafel, over zingeving in de Nederlandse verzorgingsstaat. In bijgaand interview gaat Vicky in op de aanleiding van haar onderzoek en de inzichten die het opleverde.

Wie ben je? 
Ik ben Vicky Hölsgens. Ik heb gestudeerd aan de Universiteit voor Humanistiek en hier zowel mijn bachelor als master gehaald. Daarna ben ik doorgegaan met promoveren. Na een aantal jaar onderzoek begon het toch te kriebelen om ook zelf op de werkvloer te staan, vandaar dat ik naast het schrijven van mijn proefschrift ook als geestelijk verzorger aan de slag ben gegaan. Momenteel werk ik in het Spaarne Gasthuis als geestelijk verzorger.  

Wat is het onderwerp van je thesis en hoe kwam je tot dit onderwerp?
Het onderwerp is aandacht voor zingeving in het sociale domein. Ik begon met mijn onderzoek in 2014. Geestelijke verzorging in de eerste lijn stond toen in de kinderschoenen. Aanvankelijk wilde ik onderzoek doen naar projecten die hierop gericht waren, maar dat bleken er weinig en ze bleken kwetsbaar: geestelijke verzorging werd nog niet gezien als onderdeel van de eerste lijn. Maar, dacht ik,  levensvragen komen hier ongetwijfeld aan de orde. Zo groeide de vraag hoe professionals in het sociale domein burgers ondersteunen als ze met levensvragen komen. Misschien doen deze professionals dat wel heel goed en is geestelijke verzorging niet nodig. En zo niet, dan zou ik met mijn onderzoek kunnen aantonen waar het schort aan begeleiding bij levensvragen. In deze fase van het onderzoek stonden de drie decentralisaties voor de deur die in januari 2015 zouden worden doorgevoerd. Gemeenten zouden gaan werken met wijkteams die problemen van burgers integraal zouden gaan oppakken. Burgers konden met al hun problemen terecht bij een wijkteam. Dus ook met levensvragen.  

Hoe heb je dit onderzocht?
In twee gemeenten heb ik meegelopen met sociaal werkers die keukentafelgesprekken houden. Burgers die aankloppen bij de gemeente voor hulp hebben sinds de drie decentralisaties recht op een keukentafelgesprek. In zo’n gesprek wordt het hele leven van de burger doorgenomen en onderzoeken de sociaal werker en de burger welke ondersteuning nodig is en hoe dit gerealiseerd kan worden. In totaal heb ik 83 gesprekken geobserveerd en ben ik daarnaast regelmatig op kantoor geweest bij de sociaal werkers om ook de context waarin ze werkten goed te kunnen begrijpen. Na de observaties heb ik de betrokken sociaal werkers geïnterviewd. Over zingeving en hun opvatting hierover (hoort dit bijvoorbeeld bij hun werk volgens henzelf?) en hebben we samen teruggekeken naar observaties van keukentafelgesprekken vanuit het perspectief van zingeving. Wat gebeurde er in de gesprekken en wat waren de afwegingen die sociaal werkers maakten tijdens en naar aanleiding van de gesprekken? 

Wat zijn voor jou de meest verrassende bevindingen?
Het gemeentelijke beleid heeft zingeving tot doel. En ook de sociaal werkers zelf vonden dat dit belangrijk was. Toch werkte hetzelfde beleid de sociaal werkers in de praktijk tegen om werkelijk stil te kunnen staan bij het zingevingsproces van de burger. Andere taken van sociaal werkers blijken in de praktijk voorrang te krijgen waardoor zingeving van de burger naar de achtergrond dreigt te verdwijnen. Dit is zeker het geval wanneer sociaal werkers weinig tijd hebben voor burgers. Als er meer tijd is, is er ook meer aandacht voor wat voor de burger belangrijk is.   Verder toont dit onderzoek aan dat waar zingeving vaak wordt opgevat als een individueel proces, dit niet houdbaar is. Het is een sociaal proces waar ook de sociaal werkers en de gemeenten een belangrijke rol in spelen. Het beleid is niet neutraal en kan een behoorlijke impact hebben op het zingevingsproces van burgers, Het is belangrijk dat sociaal werkers zich hier bewust van zijn. 

Tot slot laat dit onderzoek zien dat hoewel van sociaal werkers wordt verwacht dat ze burgers kunnen begeleiden bij zingeving en levensvragen, ze hier niet vanzelfsprekend de vaardigheden voor hebben. Wat succesvol gebeurt is het afgeven van voorzieningen en het meedenken over oplossingen in het sociale domein, een belangrijke taak van de sociaal werkers met wie ik mee heb gelopen. Voor een deel voorziet dit in de zingevingsbehoefte van burgers en voorziet het beleid dus in aandacht voor zingeving. Wanneer er echter sprake is van levensvragen of tragiek van het leven waar niet zo makkelijk een oplossing voor is, dan voelen de meeste sociaal werkers zich onthand en weten ze niet goed hoe hiermee om te gaan.   

Heb je aanbevelingen voor de praktijk, en hoe krijgt jouw onderzoek vervolg?
Sociaal werkers blijken niet vanzelfsprekend de vaardigheden te bezitten om stil te staan bij zingeving en levensvragen van burgers. Hier komt steeds meer ruimte voor in opleidingen. Voor de sociaal werkers die al in de praktijk werken is het wenselijk om bijscholing te organiseren waarin ze in ieder geval leren mogelijke levensvragen te signaleren en dit verder met de burger kunnen verkennen.  

Wat het moeilijk maakt om concrete aanbevelingen te doen op beleidsniveau, is dat alle gemeenten op een andere manier werken. Wat ik gemeenten zou aanraden is om ruimte te maken voor sociaal werkers om zich uit te kunnen spreken over waar het beleid volgens hen schuurt met de praktijk, specifiek op het gebied van zingeving en hoe dit anders zou kunnen. Zodat het beleid hen niet tegenwerkt, maar de ruimte geeft om af te kunnen wegen wat in de situatie van deze burger nodig is.
Tot slot zou ik wijkteams aanraden om samen te werken met geestelijk verzorgers in de wijk/omgeving. Geestelijke verzorging in de eerste lijn is gegroeid en sinds 2019 is er financiering vanuit VWS voor geestelijke verzorging voor specifieke doelgroepen, maar ook voor scholing voor professionals op het gebied van zingeving en levensvragen of consulten met een geestelijk verzorger.   

Onderzoek naar begeleiding bij zingeving en levensvragen in de thuissituatie van mensen neemt snel toe de afgelopen jaren. Op dit moment loopt er het programma ‘zingeving en geestelijke verzorging’ bij Zonmw waarbij aandacht voor levensvragen in de thuissituatie centraal staat. Binnen dit programma wordt onder andere verder onderzoek gedaan naar hoe sociaal werkers aandacht kunnen hebben voor levensvragen van burgers.   Zelf ben ik druk als geestelijk verzorger in het ziekenhuis, zeker nu in coronatijd. Een van de dingen die ik daar doe is scholing geven aan andere zorgverleners over zingeving. Wellicht kan ik in de toekomst ook nog iets betekenen in de scholing van andere professionals, zoals sociaal werkers, op het gebied van zingeving en levensvragen.  

Het proefschrift van Vicky is vanaf vrijdag hier te lezen.

Een artikel van


0 reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *