Vorige week startten Bieke Verlinden en Dorien Meulijzer, twee lokale politica’s in België een actie met de tag #ookmijnzorg. Hiermee genereerden ze veel aandacht en kwamen onlangs bovendien met drie aandachtspunten waarop men zich zou moeten focussen, om de zorg daadwerkelijk te verbeteren.
Verlinden en Meulijzer lanceerden hun actie met een indringend en confronterend filmpje, waarin wordt getoond hoe zorg tot lopendebandwerk is verworden. Daarnaast werd de afgelopen periode het onderwerp onder de aandacht gebracht met artikelen in diverse media, televisie-optredens en werd volop de sociale media ingezet.
Ook in Nederland werd er aandacht besteed aan deze actie, zoals in de NRC((Actie in Belgie voor zorg à la Hugo Borst en Carin Gaemers, NRC, 22/02/2017)), waarin de actie van deze Vlaamse politica’s vergeleken werd met de actie van Hugo Borst en Carin Gaemers voor de Nederlandse ouderenzorg.
Met deze actie willen Verlinden en Meulijzer, net als Borst en Gaemers, het publieke debat openen en de focus van de zorg verschuiven van budgetten naar kwaliteit van zorg.
Dorien Meulenijzer en Bieke Verlinden
Dorien Meulenijzer is Leuvens OCMW-raadlid voor sp.a ((Socialistische Partij Anders is een Vlaamse sociaaldemocratische politieke partij.)), zelf persoon met een beperking en als ervaringsdeskundige verbonden aan diverse initiatieven rond toegankelijkheid.
Bieke Verlinden is Leuvens sp.a Schepen van sociale zaken, werk en studentenzaken en columnist.
De belangrijkste klacht is dat er geen tijd meer is voor (goede) zorg, door de taak- en prestatiegerichtheid in de zorgverlening door het zorgbeleid. Volgens de door Meulijzers verhaal geschokte advocaat Walter Van Steenbruggen is de manier waarop er met deze kwetsbare zorgbehoevenden wordt omgegaan zelfs in strijd met het Europees verdrag van de Rechten van de Mens.
“Het is niet de taak van de verpleegkundige om de gordijnen open te doen, dus zit ik uren in het donker tot de volgende hulpverlener arriveert. Het menselijke gaat totaal verloren.” ~ Dorien Meulijzer
Dorien Meulijzer is door haar spierziekte rolstoel- en zorgafhankelijk en vraagt door haar eigen verhaal te vertellen, aandacht voor hoe de (thuis)zorg tegenwoordig wordt ingericht. Hoewel ze specifiek vertelt over de thuiszorg en het Persoonsgebonden Budget in België, herkennen we veel van de aspecten van het verhaal ook in de Nederlandse gezondheidszorg.
Ze verwijt overigens niet de zorgverleners hun manier van werken, want die staan volgens haar juist zelf ook enorm onder druk door de regels die ze van hogerhand krijgen opgelegd. Berichten van het voorkomen van afstomping, burn-out en depressie nemen onder de zorgverleners toe.
Deze gevolgen, die Meulijzer in een interview in het programma De Afspraak toeschrijft aan de marktwerking in de zorg, zijn volgens haar in Nederland zelfs nog erger dan in België. En ze wijst erop dat in Nederland men alweer aan het terugkomen is op deze marktwerking.
In een recent opiniestuk van Bieke Verlinden, Linus Vanlaere en Jan Vanwezer ((Jan Vanwezer (directeur Woonzorgcentrum de Wingerd); Linus Vanlaere (ethicus verbonden aan RHIZO Kortrijk); Bieke Verlinden (sp.a schepen voor Sociale Zaken in Leuven) )) gaan deze auteurs nader in op de ontmenselijking van de zorg – zowel voor de zorgverlener als de zorgontvanger – en de vele reacties die Meulenijzer en Verlinden de afgelopen periode hebben gekregen naar aanleiding van hun actie.
“Zorgbehoevenden worden producten en zorgverleners worden robots: die ontmenselijking holt de zorg uit'”
De auteurs kijken ook vooruit: ‘Hoe kunnen we de situatie veranderen?’, waarbij ze een zorgethisch standpunt neerzetten.
Een ook voor Nederland herkenbare en actuele klacht is die regeldruk in de zorg, door de enorme bureaucratie; alles moet worden vastgelegd en beheerst. Hoewel in oktober 2016 een motie van Bergkamp (D66) en Keijzer (CDA) over het schrappen van overbodige administratieve lasten al is aangenomen, heeft dit huidige kabinet hierop nog geen concrete actie ondernomen en is het een thema in de verkiezingen geworden. Het is aan een volgend kabinet overgelaten om wat te doen aan de regeldruk.
Gisteren publiceerde GGZ Nederland een rapport – een noodklok – over de regeldruk en administratieve lasten in de geestelijke gezondheidszorg en roepen de betrokken ministeries op om maatregelen te nemen. Zorgaanbieders in de GGZ zijn op het moment zo’n 33% van hun tijd kwijt aan de administratie. ((Te weinig zorg door teveel aan regels, zegt GGZ Nederland, NOS, 06-03-2017))
In het artikel geven Verlinden, Vanlaere en Vanwezer drie aandachtspunten, waarmee we zouden kunnen beginnen “om de groeiende nood aan een systeem dat opnieuw menselijke relaties centraal stelt en zorgverleners vertrouwen en tijd geeft om het verschil te maken in het leven van mensen”.
Het unieke van de zorgontvanger wordt door de pogingen iedereen in objectieve standaarden te vatten volledig miskend. Door deze standaardisering komen individuele behoeften en die persoonlijke relatie onder druk te staan. Goede zorg heeft afstemming nodig door te kijken naar wat goede zorg is in iedere particuliere situatie. Deze afstemming dient vorm gegeven te worden binnen de zorgrelatie. Dit uitgangspunt komt overeen met de visie van de Utrechtse zorgethici.
Door de standaardisering is er ook een enorme druk ontstaan op de zorgverleners. Zij ervaren zelfs in toenemende mate morele stress omdat ze geen persoonlijke en professionele invulling kunnen geven aan hun werk.
Een voorwaarde voor de betere afstemming is dat er meer ruimte voor de zorgverlener als professional moet worden gemaakt. De (regel)ruimte om van gewoonten en regeltjes te kunnen afwijken, zodat er rekening kan worden gehouden met de individuele behoeften, moet vergroot worden. Ook het vertrouwen in de professionaliteit van de zorgverleners moet worden hersteld.
In België zijn een aantal zorginstellingen al aan het experimenteren met het loslaten van standaarden en protocollen. Deze zorginstellingen ervaren de voordelen hiervan, zowel voor de zorgontvangers als voor de hulpverleners, en ook de efficiëntie en effectiviteit van de verleende zorg gaat erop vooruit. ((Zoals het woonzorgcentrum De Wingerd in Leuven, waar auteur Jan Vanwezer directeur is.))
Deze voorbeelden kennen we ook in Nederland. Bijvoorbeeld het project ‘Mij een zorg’ van Topaz Zorg. Het doel van dit project is echt tijd vrij te maken voor de bewoners (en de hulpverleners) en te doen wat de bewoners echt willen. Hierbij wordt ook met name de bureaucratie aangepakt en het papierwerk geminimaliseerd.
De actie #ookmijnzorg van Verlinden en Meulijzer toont niet alleen, met een duidelijk praktijkvoorbeeld, wat er nu eigenlijk mis is met de gezondheidszorg in België. Vervolgens gaan ze ook breder aan de slag met aandachtspunten en thema’s die passen bij de benodigde veranderingen.
Omdat in Nederland vergelijkbare gezondheidszorgproblematiek speelt, ga ik in ieder geval de ontwikkelingen volgen en waar mogelijk ondersteunen.
[widget id=”footnotes_widget-2″]
0 reacties