Tegen iemand die lijdt aan alzheimer zeggen: “Dat weet/kun je toch wel,” levert steevast frustratie en stress op, zowel voor de patiënt als voor zijn omgeving.
De auteur leert je om de wereld te bekijken vanuit het standpunt van de alzheimerpatiënt. Haar “handreiking in de verzorging van mensen met de ziekte van Alzheimer” bestaat uit drie delen.
In deel I geeft zij praktische informatie over de ziekte. Deel II is een beschrijving van de vijf basisprincipes van de door ontwikkelde methode die erop gericht is het leven van de patiënt en dat van alle betrokkenen leefbaar te houden.
De basisprincipes zijn:
Het boek is een goede ondersteuning voor hen die betrokken zijn bij de verzorging van alzheimerpatiënten en wil hen helpen in de zoektocht naar een constructieve manier om om te gaan met de stress en de frustratie die altijd weer de kop op zullen steken.
Het leert je om je attitude aan te passen en geeft daarvoor ook handreikingen, die veelal voortkomen uit het alledaagse bestaan. Zo eenvoudig is het eigenlijk, maar tegelijk zo moeilijk: iemand aanvaarden zoals hij nu is en niet verwachten dat hij zich gedraagt zoals vroeger is een moeilijke opgave.
Eigenlijk is het ook een zorgethisch boek: het gaat uit van het perspectief van de patiënt en erkent deze in zijn kwetsbare afhankelijkheid van anderen. Zonder dat het met zoveel woorden wordt gezegd, is zorg voor deze mens een centrale waarde. Daardoor wordt het mogelijk zijn leefwereld zo aangenaam mogelijk te maken.
Joanne Koenig Coste, De taal van Alzheimer leren spreken. Candide uitgeverij, 2006. ISBN9789075483413
0 reacties