In de zorg spelen altijd machtsverhoudingen. Soms op manieren die niet alleen ingaan tegen afspraken en opvattingen over goede zorg, maar ook direct schadelijk zijn voor patiënten. Dat zorgt voor een gevoel van verontwaardiging (dit is níet goed) en appelleert aan ons gevoel van rechtvaardigheid. En roept de vraag op hoe hier op een verantwoorde wijze mee om te gaan. Zoals in de volgende situatie:
De casus
’Ik ben werkzaam als verpleegkundige op een chirurgische afdeling. Een patiënt moet sondevoeding krijgen door middel van een neus – maagsonde. Na twee pogingen lukt het mij niet om een sonde in te brengen. Ook mijn collega lukt het niet: de sonde krult telkens op achter in de keel.
Wij overleggen met de chirurg om de MDL arts te vragen de sonde in te brengen met behulp van een gastroscopie zodat je met de camera kunt zien hoe de procedure verloopt en of de sonde goed zit. De chirurg vindt dit onzin en wil zelf de sonde inbrengen.Na één poging zegt de chirurg dat die goed zit. Ik wil volgens het protocol maagsap opzuigen maar de chirurg vindt dit niet nodig. Hij luistert door middel van lucht inspuiten of hij geborrel hoort. ‘Positief’, zegt hij, ´daarmee is het klusje geklaard´. Nogmaals geef ik aan dat dit niet volgens het protocol is gegaan. De chirurg zucht en zegt dat ik moet ophouden en dat hij verantwoordelijk is voor de sonde en de toediening van sondevoeding.
Vijf minuten nadat ik de sondevoeding heb gestart, kijk ik bij de patiënt. Deze ligt er blauwig bij, er zijn resten sondevoeding in de mondhoeken en het zuurstofgehalte is 50%. Ik stop de toediening en trek onmiddellijk de sonde eruit en start zuurstoftoediening. Binnen no time wordt de patiënt overgeplaatst naar de intensive care voor beademing. De sonde bleek niet goed te hebben gezeten. De arts is erop aangesproken maar wil geen melding doen.
Ik weet zeker dat als een verpleegkundige op deze manier had gehandeld er wel een onderzoek gestart werd….
Het is niet zo moeilijk om in te zien dat het handelen van de arts moreel niet deugt: hij zou zich minstens af kunnen vragen of het inbrengen van de sonde hem wel zal lukken. Hij zou in ieder geval het protocol moeten volgen, tenzij hij inzichtelijke redenen heeft gegeven om daarvan af te wijken. Dat lijkt niet het geval. Veel moeilijker wordt het om na te gaan wat je daar als verpleegkundige mee moet. Op het moment dat de situatie zelf plaatsvindt, maar vooral als een melding uitblijft. [pullquote]Wat die verpleegkundige wil: flauwekul![/pullquote]
Bij het inbrengen van de sonde werpt de chirurg zich op als de probleemeigenaar. Dan kun je je nog wel verantwoordelijk voelen, maar als de arts die verantwoordelijkheid formeel overneemt, zijn je mogelijkheden beperkt. Hoe spijtig ook. Wanneer je als verpleegkundige dan twee keer aangeeft dat het anders moet, maar de chirurg slaat je advies in de wind, dan houdt het wel zo’n beetje op. Wel is er dan nog de plicht om te kijken hoe je eventuele schade voor de patiënt kunt beperken. Dat doet de verpleegkundige door de patiënt goed in de gaten te houden.
Had zij nog een andere mogelijkheid? Zij had naar ons inzicht ook kunnen overwegen om toch volgens protocol maagsap op te zuigen. Dat zou passen bij haar eigen professionele verantwoordelijkheid.
Wat betreft het tweede moment: er komt geen onderzoek. De indiener van de casus vindt dat onterecht. Dat is misschien ook zo, maar de morele vraag is of ze zelf daarin ook een verantwoordelijkheid heeft. Nu lijkt ze de verantwoordelijkheid buiten zichzelf te leggen: bij de arts en bij de organisatie. Terwijl van haar als professional verwacht wordt dat ze bijdraagt aan een veilige zorgverlening en de zorgvrager beschermt tegen tekortschietende zorg van andere samenwerkingspartners (Beroepscode art. 1.7 en 3.6 [pdf]).
Natuurlijk is de vraag wie de arts nogmaals kan aanspreken op zijn handelen en hoe een melding en onderzoek het beste gedaan kan worden nu de arts zelf geen melding wil doen. Het kan verstandig zijn om het gesprek niet zelf aan te gaan maar bijvoorbeeld je leidinggevende in te schakelen.
Niettemin moet je wel wat doen. Wat dat betreft vraagt ethiek ook gewoon om lef. Om de moed om op te komen voor goede zorg.
Geplaatst in het V&VN magazine, december 2015.
Tekst: Joke de Witte en Hans van Dartel, resp secretaris en voorzitter van de Commissie Ethiek van V&VN.
Dilemma
is een rubriek in het V&VN magazine, het verenigingstijdschrift van deVerpleegkundigen en Verzorgenden Nederland (V&VN) dat 8 keer per jaar uitkomt. In overleg met de commissie Ethiek van V&VN mogen we deze rubriek op de website Zorgethiek.nu overnemen.
Sta jij in je werk ook voor een dilemma? Stuur je inzending naar redactie@venvn.nlo.v.v. Dilemma. Volg ook de cursussen en trainingen van de V&VN Academie.
1 reactie
Vanhaverbeke Roger
Dat is toch een zaak die zomaar niet wordt afgehandeld…..
Ik vind dat de verpleegkundige onmiddellijk dient contact op te nemen met z’n zorgmanager of rechtstreeks naar de verpleegkundige directie stapt en de casus voorlegt en ook een gesprek aanvraagt bij de ethische commessie van het betreffend ziekenhuis om gehoord te worden….en volgens de Belgische normen dient de verpleegkundige direct zijn persoonlijke verzekering op de hoogte brengen ivm mogelijke aansprakelijkheid….bij assistentie….en ook een advocaat tot steun vragen indien de familie klacht indient.