Regisseur Michel Kapteijns schrijft over de eerder hier gerecenseerde film Bastøy.
In de achterliggende jaren heb ik vaker filmopnamen gemaakt in Nederlandse gevangenissen. En steeds als de jongens in de cel moesten blijven en wij weer door de sluis naar buiten mochten, bekroop mij een verdrietig gevoel: gevangenissen zijn niet echt voor mensen. Als je mensen stomweg opsluit en er verder weinig mee doet komen ze er niet beter uit, ze worden langzaam maar zeker minder mens en meer zombie. De lichtjes in de ogen worden dof en verdwijnen. Weinig hoopvol.
Ik las over het Noorse gevangeniseiland Bastøy, daar blijkt dat hoop en menselijk perspectief bestaan, ook voor langgestraften. Daar gaat mijn film over.
De filosofie waarop het staatsbeleid is gebaseerd komt van de Noord Amerikaanse sjamaan Bear Heart die schreef “als je mensen behandelt als beesten, worden het beesten. Als je mensen behandelt als criminelen worden het criminelen. Als je mensen behandelt als mensen worden het mensen”. Het draait om respect voor elkaar. Op Bastøy zijn de bewakers (M/V) en werkmeesters ongewapend, ze hebben helemaal niets behalve hun mond en hun houding. Gevangenen lopen rond met kettingzagen en slagersmessen.
Ik zag hoe bewakers Engels leren van gevangenen. Hoe gevangenen elkaar helpen en voor elkaar zorgen. Ik zag hoe gevangenen zelf anti-agressie cursussen opzetten die werkelijk positief werken. Na het worstelen dankt de winnaar de verliezer. Kan de een goed brieven schrijven en kan de ander lekkere pizza maken dan helpen ze elkaar in hun eigen kracht. Ik zag hoe een opgefokte neonazi compleet met een enorme tattoo in zijn nek in de gevangenis aankwam en binnen 3 dagen al 2 slaafjes had. De bleke engerd had kleine oogjes en was hyper en nogal gestoord. Drie maanden later had hij kleur op zijn gezicht en gaf hij mij glimlachend een krachtige warme hand. Zijn ogen stonden zacht. Wat de natuur en het werken met paarden al niet met mensen doet…
Wat mij verrast heeft dat er geen agressie in de gevangenis bestaat. In gesloten gevangenissen zijn zedendelinquenten hun leven niet zeker. Op Bastøy wandelt alles door elkaar heen, men groet elkaar en hoewel de mannen geen vrienden zullen worden, bestaat er wel respect en tolerantie. Het is een slim opgezet systeem, hormonale spanningen worden aanzienlijk minder als de vrouwen op weekendbezoek kunnen komen in gezellig ingerichte bungalows compleet met kinderbedjes. Gevangenen doen al het werk zodat er weinig personeel nodig is. Deze gevangenis is de helft goedkoper dan een gesloten gevangenis. Vijf jaar durend wetenschappelijk onderzoek toont aan dat de recidive minder dan 30% is, dat scheelt veel slachtofferleed en maatschappelijke schade.
Gevangenen komen pas vrij als ze zelf voor werk en een woning hebben gezorgd. Partners en moeders worden ingevaren voor cursussen om herhaling van huiselijk geweld in de toekomst te voorkomen. Vaders volgen een cursus verantwoordelijk vaderschap die wordt afgesloten met een picknick met de kinderen in de prachtige bossen op het eiland.
We hebben er 4 jaar rond gehangen. We sliepen soms boven de koeien in de stal, soms in de monumentale vuurtoren. Om af en toe afstand te kunnen nemen hadden we een huis gehuurd in de havenstad Horten. Op het eiland mochten we vrij bewegen, aanvankelijk was er steeds een bewaker bij maar die maatregel is ergens onderweg verdampt.
Het was bijzonder om in deze ‘walled city’ (Michael Rabiger) te verblijven. Weer terug in Nederland werk ik nu aan de voorbereidingen voor een nieuwe film die ik wil gaan maken in een andere ‘walled city’: Landpark Assisië in Biezenmortel. In essentie wil deze film gaan over de kloof tussen relationele zorg en contractzorg, een onderwerp wat mensen hier aan zal spreken.
Michel Kapteijns, regisseur.
www.bastoythemovie.com
0 reacties