5 – 6 minuten

0 reacties

Een interview met Annelies van Heijst

Annelies, je bent een veel gelezen en gewaardeerde auteur in de wereld van de zorgethiek. De afgelopen tijd leek het echter – afgezien van de herdrukken (!) – in de boekwinkels wat stil rond jouw persoon. Hebben we niet goed opgelet of heb je de afgelopen tijd in alle rust nieuwe zaken uitgebroed? Kunnen we binnenkort weer iets nieuws van jouw hand verwachten?

Is het echt zo stil geweest? Ik geef toch geregeld lezingen, doe af en toe iets op radio en tv en ja – ik schrijf ook nieuwe boeken! Dat komt ervan als schrijven je lust en je leven is. Op 18 november aanstaande verschijnt bij Uitgeverij Verloren te Hilversum een grote studie Ex caritate, geschreven samen met de historica’s dr. Marjet Derks en prof. dr. Marit Monteiro van de Radboud Universiteit te Nijmegen. Het boek van zo’n 1180 pagina’s gaat over twee eeuwen geschiedenis van de katholieke caritas van ruim tachtig katholieke zustercongregaties in Nederland. Over hun onderwijs, ziekenzorg en missiewerk, maar ook over de ‘binnenkant’ van hun kloosterleven: intreden en uittreden, de vernieuwing en de vergrijzing, de nieuwe spirit en de oude denkpatronen. Daarnaast leg ik in de maand augustus de laatste hand aan de vertaling van mijn boekMenslievende zorg dat in het Engels Professional Loving Care gaat heten.

Je bent met ingang van 1 mei 2009 benoemd tot hoogleraar op het gebied van zorg en caritas. Doorgaans houden nieuwe hoogleraren een inaugurele rede waarin zij uiteenzetten hoe ze tegen hun vakgebied aankijken en wat ze van plan zijn. Kunnen we jouw rede binnenkort verwachten en kun je al een tipje van de sluier oplichten?

Omdat ik zulke grote projecten onder handen had, heb ik even gewacht met het vaststellen van de datum. Het wordt het voorjaar van 2011. Ik hoop dan een programmatische oratie te kunnen houden, over waar ik als hoogleraar voor probeer te staan. De titel heb ik, maar dat blijft nog even een verrassing. Inhoudelijk wordt het een culturele dieptepeiling over hoe wij, nu en vroeger, omgaan met en aankijken tegen relaties van afhankelijkheid en welke waarderingen daaraan zijn toegekend, onder meer vanuit vele eeuwen christelijke godsdienst. Dan stuit je op vragen als: welke vanzelfsprekendheden en taboes golden vroeger en nu? Is zorgafhankelijk altijd een probleem geweest, of is het dat geworden? Welke macht hebben mensen die zorgafhankelijk zijn? Hoe is zorgafhankelijk verbeeld in westerse iconografie en wat valt op te maken uit de hedendaagse beeldtaal in de wereld van zorg en welzijn?

Per 1 juli 2010 is het Departement Religiestudies waar je werkte, opgegaan in een nieuw Departement Cultuurwetenschappen. In die herindeling heb je besloten de focus van je onderzoek te verleggen. Als gevolg hiervan is jouw onderzoek – overigens samen met je collega’s Veerle Draulans en Jan Jans – niet langer ondergebracht bij de vakgroep zorgethiek. Wij zijn benieuwd naar de achtergronden van die keuze. Betekent dit dat je niet langer aan zorgethiek doet?

Zorgethiek heeft zich, in het Nederlandse taalgebied (zowel in Nederland als Vlaanderen) de afgelopen tien jaar ontwikkeld tot een ethische reflectie die dicht zit op concrete praktijken van zorg. Ik heb zelf met de ene vleugel van mijn werk (actualiteitsanalyses) die ontwikkeling mee bevorderd en het is goed dat dit gebeurt binnen de onderzoeksgroep waarvan Frans Vosman de leider is en Andries Baart de mede gezichtsbepalende hoogleraar. De andere vleugel van mijn werk is meer religieus-historisch van aard, met aandacht voor de godsdienstige wortels van hedendaagse zorgvoorzieningen en zorgverhoudingen.

Mijn ambitie is om nog iets nieuws uit te denken, door me meer te verdiepen in die culturele onderstroom waarop het denken over zorgen, samen leven, solidariteit en sociale cohesie drijft. In de vakgroep zorgethiek zit men zeer dicht op de professionele praktijk met de daarvoor benodigde expertise; dat werk moet vooral doorgaan. Mijn keuze is om op afstand te gaan staan van die praktijken en me te buigen over onderliggende vragen inzake de fundamenten van de zorgculturen in heden en verleden, met oog voor hun rituele en symbolische aspecten, en de mens- en wereldbeelden die daaraan vast zaten en zitten.

Ten slotte, een site als deze probeert voortdurend in te spelen op wat er leeft in de wereld van de zorg vanuit zorgethisch perspectief. Zijn er wat jou betreft thema’s die we de komende tijd op de agenda zouden moeten zetten?

Als ik nog even meedenk met de Tilburgse zorgethiek, dichtbij de professionele praktijk en de wereld van de gezondheidszorg, dan zie ik verschillende thema’s. Een is het organiseren van maatschappelijke erkenning voor werkers in de zorg. Het is niet vanzelfsprekend dat ze er altijd maar zijn als wij ze nodig hebben. Een onderwerp dat niet gemakkelijk ligt, is verantwoordelijkheid voor de eigen gezondheid, gekoppeld aan de kwestie van de financiering van het zorgstelsel. Laat me het in vraagvorm gieten. Als ik een huis heb met een rieten dak betaal ik meer brandverzekeringspremie, vanwege het hogere brandrisico. Waarom zijn niet-rokers bereid om dezelfde ziektekostenpremies te betalen als rokers, terwijl het gezondheidsrisico van roken vaststaat? En tweede onderwerp is dat professionals meer waardering verdienen dan ze nu krijgen. Hier ligt een taak voor vakbonden en voor de politiek. Een daaraan vastzittend onderwerp is ook nog de bescherming van professionals. Ze hebben soms ‘klanten’ die zich jegens hen agressief misdragen. Zulke ‘klanten’ zetten zichzelf buiten spel als recht hebbend op zorg. Die grens zou, denk ik strakker getrokken moeten worden.

Een artikel van


0 reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *